Alternative forms: tenietgedaan, teniet wordt gedaan, teniet gedaan, tenietdoening, deed teniet … (to help future Googlers find this page)
Dutch
- • tenietdoen
English
- • annul
- • outweigh
- • offset
- • counteract
- • destroy sth
- • remove
- • dash(ed) (as in, ‘dashed expectations’)
- • eliminate
- • undo
- • cancel (out)
- een schuld tenietdoen = wipe out / cancel (out) a debt
- • nullify
- • neutralize
- • undo
- de voordelen tenietdoen = undo the advantages
- op deze wijze heeft hij al mijn werk tenietgedaan = in this way he undid all my work
- • counter(act)
- een beschuldiging tenietdoen = counter an accusation
- • counterbalance
- de prijsverhogingen tenietdoen door lagere belastingen = counterbalance the rise in prices by means of lower taxes
- • negate
- • dash
- verwachtingen tenietdoen = dash (someone’s) hopes
- • rescind
Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse taal
tenietdoen
overgank. werkw.; deed teniet; h. tenietgedaan
eerste editie 1864
(1) nietig maken
synoniem: vernietigen
een beschuldiging tenietdoen
die gevolgtrekking wordt daardoor niet tenietgedaan
woordvormen
onvoltooid tegenwoordige tijd
|
onvoltooid verleden tijd
|
1e persoon enkelvoud
|
ik
|
doe teniet
|
deed teniet
|
|
dat ik
|
tenietdoe
|
tenietdeed
|
2e persoon enkelvoud
|
jij
|
doet teniet
|
deed teniet
|
|
dat jij
|
tenietdoet
|
tenietdeed
|
3e persoon enkelvoud
|
hij/zij/het
|
doet teniet
|
deed teniet
|
|
dat hij/zij/het
|
tenietdoet
|
tenietdeed
|
1e persoon meervoud
|
wij
|
doen teniet
|
deden teniet
|
|
dat wij
|
tenietdoen
|
tenietdeden
|
2e persoon meervoud
|
jullie
|
doen teniet
|
deden teniet
|
|
dat jullie
|
tenietdoen
|
tenietdeden
|
3e persoon meervoud
|
zij
|
doen teniet
|
deden teniet
|
|
dat zij
|
tenietdoen
|
tenietdeden
|
beleefdheidsvorm
|
u
|
doet teniet
|
deed teniet
|
|
dat u
|
tenietdoet
|
tenietdeed
|
voltooid deelwoord
|
tenietgedaan
|